Getuigenissen overlijden Elizabeth (Bob) Ekker
(→6 oktober 1944) |
|||
Regel 29: | Regel 29: | ||
: ''Bij aankomst op den Nebo bleek Father Kenny en het Amerikaanse hulplazaret opeens spoorloos verdwenen. Waarheen wist –of wilde- geen der Amerikanen ons te vertellen; wegens het gevaar van spionnage mag aan burgers niet meegedeeld worden, waarheen wegtrekkende troepen zich begeven. Door ’t klooster lopen overal Amerikaanse negers om de kamers in orde te brengen voor ’n nieuwe contingent Amerikanen. | : ''Bij aankomst op den Nebo bleek Father Kenny en het Amerikaanse hulplazaret opeens spoorloos verdwenen. Waarheen wist –of wilde- geen der Amerikanen ons te vertellen; wegens het gevaar van spionnage mag aan burgers niet meegedeeld worden, waarheen wegtrekkende troepen zich begeven. Door ’t klooster lopen overal Amerikaanse negers om de kamers in orde te brengen voor ’n nieuwe contingent Amerikanen. | ||
− | |||
− | |||
− | |||
: ''Omstreeks 12 uur ontploft een scherfbom tussen de Biesseltse baan en het huis van den Heer ten Horn. Mevr. de Wed. Swerts, die met haar drie kinderen 19 september uit de stad was weggevlucht en haar intrek genomen had in de villa van [[Hardenbroek_van,_Gijs|Baron van Hardenbroek]] tegenover ons, werd dodelijk getroffen; zij moet op slag gedood zijn. Zij stond in ’t bosje achter ’t huis bij de tent van den Anglicaansen Chaplain, wiens altaarlinnen zij gewassen had, dat zij nu kwam terugbrengen. De Chaplain was achteruitgesprongen in de kuil onder zijn tent en had slechts enkele schrammen. Onmiddellijk rende hij de Biesseltse baan op, zag de twee oudste kinderen –meisjes van ± 14 en 16 jaar- en stuurde ze naar ons. Toen zij bij ons in den kelder waren, kwam hij ons even later ontdaan vertellen, dat hun moeder gedood was. | : ''Omstreeks 12 uur ontploft een scherfbom tussen de Biesseltse baan en het huis van den Heer ten Horn. Mevr. de Wed. Swerts, die met haar drie kinderen 19 september uit de stad was weggevlucht en haar intrek genomen had in de villa van [[Hardenbroek_van,_Gijs|Baron van Hardenbroek]] tegenover ons, werd dodelijk getroffen; zij moet op slag gedood zijn. Zij stond in ’t bosje achter ’t huis bij de tent van den Anglicaansen Chaplain, wiens altaarlinnen zij gewassen had, dat zij nu kwam terugbrengen. De Chaplain was achteruitgesprongen in de kuil onder zijn tent en had slechts enkele schrammen. Onmiddellijk rende hij de Biesseltse baan op, zag de twee oudste kinderen –meisjes van ± 14 en 16 jaar- en stuurde ze naar ons. Toen zij bij ons in den kelder waren, kwam hij ons even later ontdaan vertellen, dat hun moeder gedood was. | ||
− | |||
− | |||
− | |||
: ''Hij vroeg of wij het haar wilden meedelen, haar voorlopig bij ons houden en of wij voor de berging van ’t lijk wilden zorgen. Pater de Bot en Br. Leonard gingen mee om het lijk naar ’t huis van den Baron over te brengen. De kinderen werden naar de spreekkamer gebracht, waar P. Superior haar voorzichtig de droevige tijding meedeelde. Toen wij van de kinderen vernamen dat moeder katholiek was, is P. Versteege er onmiddellijk met de H. Olie naar toe gegaan, diende onder één zalving het H. Oliesel toe, gaf den Apostolischen zegen en bad samen met P. Willebrands de gebeden van het ritueel na de zalving. Ook de huisknecht van den Baron was hierbij tegenwoordig; daarna werd de kamer afgesloten. | : ''Hij vroeg of wij het haar wilden meedelen, haar voorlopig bij ons houden en of wij voor de berging van ’t lijk wilden zorgen. Pater de Bot en Br. Leonard gingen mee om het lijk naar ’t huis van den Baron over te brengen. De kinderen werden naar de spreekkamer gebracht, waar P. Superior haar voorzichtig de droevige tijding meedeelde. Toen wij van de kinderen vernamen dat moeder katholiek was, is P. Versteege er onmiddellijk met de H. Olie naar toe gegaan, diende onder één zalving het H. Oliesel toe, gaf den Apostolischen zegen en bad samen met P. Willebrands de gebeden van het ritueel na de zalving. Ook de huisknecht van den Baron was hierbij tegenwoordig; daarna werd de kamer afgesloten. | ||
Versie van 6 aug 2017 om 09:13
Zie gerelateerde pagina's in Categorie Brakkenstein Crash |
Inhoud |
Uit eerste hand
Zowel Pater van Driel van het Neboklooster als dr. Henneman, directeur van Sanatorium Dekkerswald beschrijven het tragische overlijden van Elizabeth (Bob) Ekker op 6 oktober 1944. Zij overlijdt als gevolg van de inslag van een RP-projectiel van de neerstortende Zeelandse piloot Ivan Cain tijdens de Brakkenstein Crash.
Dagboek Pater van Driel
Pater Hermanus van Driel is Algemeen Overste van het Neboklooster, en houdt gedurende de oorlog een dagboek bij. Hierin beschrijft hij het wel en wee van de kloostergemeenschap.
Het Neboklooster is gedurende de oorlog gevorderd door de Duitsers en alle kloosterlingen en het kleinseminarie worden elders ondergebracht. Pater van Driel woont, samen met enige anderen, in het landhuis van de heer Braam aan de nabijgelegen Biesseltsebaan nr. 44. Nadat de Duitsers in september 1944 zijn weggejaagd, nemen de geallieerden het grote Neboklooster in gebruik. De Engelsen vertoeven in ’t seminarie, de Amerikanen in ’t klooster. Pater van Driel beschrijft de gebeurtenissen in zijn dagboek, die uitgetypt zijn op de Nijmegen Market-Garden Veterans' Website van Jaap Been.
6 oktober 1944
|
10 oktober 1944
Vier dagen later schrijft Pater van Driel wederom in zijn dagboek:
|
6 oktober 1944 korte versie
Er is nog een kortere versie van het verhaal te vinden in het dagboek van pater van Driel; het lijkt haastiger opgeschreven te zijn; wellicht had hij het direct na de gebeurtenissen genoteerd om later uit te schrijven met meer details. Pater van Driel beschrijft hier ook de andere bominslag, en het feit dat de kinderen geen familie in de stad hadden. Met hun oom in den Haag die niet bereikbaar was bedoelt hij oom Dirk Hoogendijk. In deze versie denkt hij dat het een 'Americaansch vliegtuig' is, in de andere een geallieerde.
|
Dagboek dr. Henneman
Ook dr. Henneman hield een dagboek bij in deze periode (Ego document A. J. Henneman) en schrijft:
|