Hennekijn, Familie

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar: navigatie, zoeken
(Broer Paulus de kunstschilder)
Regel 164: Regel 164:
 
Kersbergen vermeldt in zijn artikel ''Een Liefde Aan De Leuvehaven'' van Dr. A. C. in [http://rjb.x-cago.com/ het Rotterdams Jaarboekje Reeks 04, Jaargang 07, 1939] het volgende over Paulus Hennekijn (ook Paul Hennekin genoemd), de tweede zoon van Francois Hennequin:
 
Kersbergen vermeldt in zijn artikel ''Een Liefde Aan De Leuvehaven'' van Dr. A. C. in [http://rjb.x-cago.com/ het Rotterdams Jaarboekje Reeks 04, Jaargang 07, 1939] het volgende over Paulus Hennekijn (ook Paul Hennekin genoemd), de tweede zoon van Francois Hennequin:
  
: ''Frangois Hennekijn en zijn vrouw hadden zich daarop in Amsterdam gevestigd. Nu waren beiden dood. Eén van de jongens, Paul, bleef in Amsterdam achter onder hoede van zijn voogd Abraham de Goyer. Hij zou schilder worden.
+
: ''(...) Frangois Hennekijn en zijn vrouw hadden zich daarop in Amsterdam gevestigd. Nu waren beiden dood. Eén van de jongens, Paul, bleef in Amsterdam achter onder hoede van zijn voogd Abraham de Goyer. Hij zou schilder worden.
  
: '' (..) Maar de Amsterdamsche schilder Paul was het zwarte schaap. De verwanten hadden zich reeds over zijn kind ontfermd'' [RED: David], ''omdat zij vreesden, dat daar ook niets van terecht zou komen, wanneer het niet aan den invloed van den lichtzinnigen, schulden makenden vader '' [RED: Paulus], ''onttrokken werd.
+
: '' (...) Maar de Amsterdamsche schilder Paul was het zwarte schaap. De verwanten hadden zich reeds over zijn kind ontfermd'' [RED: David], ''omdat zij vreesden, dat daar ook niets van terecht zou komen, wanneer het niet aan den invloed van den lichtzinnigen, schulden makenden vader '' [RED: Paulus], ''onttrokken werd.
  
 
Als Paulus Hennekijn , 25 jaar oud, zich verlooft met Cornelia de Swart, 4 december 1636, wordt hij bijgestaan ​​door zijn voogd Abraham de Goyer.
 
Als Paulus Hennekijn , 25 jaar oud, zich verlooft met Cornelia de Swart, 4 december 1636, wordt hij bijgestaan ​​door zijn voogd Abraham de Goyer.

Versie van 14 nov 2015 om 22:49

UNDER CONSTRUCTION

Inderdaad: flarden tekst en ontbrekende passages. Er wordt aan gewerkt. Keer terug naar de Hoofdpagina en kom later graag eens terug!


Jan Hennekijn, koopman, industrieel en reder van aanzien in Rotterdam, exponent van zijn familie.

Deze pagina beschrijft de voorouders van Maria Hennekijn (1657), voorouder van Elizabeth Frederika (Bob) Ekker. Maria is de dochter van Jan Hennekijn (1616).

Door haar huwelijk met Dirk van der Hoeven (1649) verdwijnt de achternaam Hennekijn bij haar verdere nakomelingen.

Inhoud

Vroege Franse Hugenoten

Bestand:Circuit-gognies-chaussee.jpg
wandelroute (randonnée), in de omgeving van Goegnies in de grensstreek van Frankrijk en Belgie. In het midden Gontroeul, met kasteel en meertje, waar de Hennekijns vermoedelijk vandaan komen.

Er is een stamboom uit de 'Belgische tak' van de familie bekend die terugvoert naar de vijftiende eeuw in Frankrijk. Hoewel niet geheel betrouwbaar en niet geheel gestaafd door archieven zijn er aanknopingspunten gevonden, voldoende om aan te nemen dat de stamboom niet 'gefabriceerd' is en een kern van waarheid bevat. De stamboom is in de 18e eeuw in handen gekomen van de Nederlandse tak; Anna Hennekijn, dochter van Jan Hennekijn (1616 - 1670).

Volgens de stamboom waren de oorspronkelijke Hennequins heren van Controeul. Het nu anders genoemde Gontreuil, ligt bij de Belgische plaats Goegnies-Chaussée ten zuiden van de stad Mons (bij ons Bergen genoemd), dicht tegen de Franse grens.

Een deel van het grondgebied, dat het leen en het kasteel van Gontreuil omvatte behoort sinds 1779 tot het dorp Goegnies in Frankrijk. Of Gontroeul een heerlijkheid was of een leengoed, waarnaar de bezitters zich volgens Belgisch gebruik heer noemden, staat niet vast. In ieder geval staat wel vast dat een aantal opvolgende generaties met dezelfde naam Nicola Hennekine eigenaar was.

Graaf Lodewijk van Nassau verlaat Bergen op een draagbaar (6 september 1572). Als de stad valt voor de hertog van Alva zijn de Hennekijns vermoedelijk gevlucht voor de hertog van Alva. Volgens de archieven riskeerden ze terechtstelling door verbranding.

Hoewel de verwantschap van de Nederlandse tak met de heren van Contreuil niet bewezen is, zijn er genoeg aanwijzingen dat de familie uit de buurt van Mons/Bergen uit het Zuiden van Belgie komt.

Er is sprake van een Franchois, orfèvre, en Jehan Hennekine, mercier, uit dat gebied, en Etienne Hennequin, zoon van François Hennequin verklaart in Mons geboren te zijn. Ook is de kans is groot dat ze op de vlucht zijn geslagen voor de hertog van Alva, volgens dit artikel van Van der Aa in het Biographisch Woordenboek der Nederlanden:

Françoise Hennequin, echtgenoot van François Hennequin, zoon van Pierre Hennequin, Jacques Hennequinne en Johan Hennequinne, beschuldigd van deel genomen te hebben aan de gebeurtenissen, tijdens de inneming van Bergen, door graaf Lodewijk van Nassau, in 1572, werden, na de herovering dier stad door Alva's troepen, veroordeeld om levend verbrand te worden.
Zij hadden echter de vlugt genomen, en alleen hunne goederen werden aangeslagen.

De namen van de kinderen komen overeen met die van Raoul Hennequin, in het artikel Pierre genoemd. Het vermeende levend verbrand worden moet met een korrel zout genomen worden, aangedikt uit propagandische motieven. Hoe dan ook; de Hennekijns zijn vermoedelijk vroege Hugenoten, die, op de hielen gezeten door de Spanjaarden, hun toevlucht zochten, tweemaal zelfs: Nadat ze in het vrije Antwerpen neerstrijken, kiezen ze ervoor in 1612 om naar de Noordelijke Nederlanden te emigreren.

De naam Hennequin verbastert in de Noordelijke Nederlanden tot Hennekijn, Hennekyn en Hennekin.

Vroegste Hennekijns

Deze korte stamboom afkomstig uit de 'Belgische tak' is niet geheel betrouwbaar, maar er zijn voldoende aanknopingspunten om aan te nemen dat de stamboom niet 'gefabriceerd' is en een kern van waarheid bevat. Zie daarover de vorige paragraaf.

François Hennequin (ca. 1484)
Een Franse écuyer, schildknaap.

François Hennequin staat in de stamboom als schildknape; vertaald uit het oud-Franse escuyer, later écuyer. Hij leefde omstreeks 1484 en huwt Margerite de la Croix uit Henegouwen. Hun kinderen:

  1. Raoul (Roeland) Hennequin (ca. 1510), heer van Controeul; huwt Jeanne des Enfans
  2. Michel Hennequin, heer van Cury; huwt Catherine de Gombaille ca. 1530
Raoul (Roeland) Hennequin (ca. 1510)

Raoul Hennequin, zoon van François Hennequin' (ca. 1484), heer van Controeul, huwt Jeanne des Enfans. Hun kinderen:

  1. Nicolas Hennequin, heer van Controeul; huwt Maria du Bois
  2. Jacques Hennequin; huwt Saincte Binette
  3. Simon Hennequin; huwt Jacqueline du Moulin
  4. François Hennequin (ca. 1540 - 1616); huwt 1 Anne de Grandes, 2 Anne Coulon
  5. Jean Hennequin; huwt Jeanne le Clercq

François Hennequin (ca. 1540)

François Hennequin, zoon van Raoul (Roeland) Hennequin (ca. 1510), is afkomstig uit Antwerpen. Hij huwt tweemaal. Zijn eerste vrouw heet Anne de Grandes. Hij huwt voor de tweede maal met Anne Coulon, geboren tussen 1540 en 1541. Vermoedelijk is deze Anne Coulon de moeder van François' kinderen, maar dat staat niet vast; zij staat niet ingeschreven in het lidmatenregister van de Franse kerk in Amsterdam en kan ook mogelijk stiefmoeder zijn.

  1. François Hennequin (ca. 1585 - 1623).
  2. Etienne (Estienne) Hennequin, zilversmid, huwt Maria (Maeyken) Meys. Hij en zijn nazaten blijven in Antwerpen wonen.
  3. Nicolaas Hennequin, kolonel, gesneuveld voor 's-Hertogenbosch, ongehuwd.
  4. Simon Hennequin, hofmeester van de prins van Oranje, ongehuwd.

François Hennequin overlijdt vóór 1616. Mogelijk is hij zilversmid zoals zijn zonen François en Etienne. Er is sprake van een orfèvre Franchois Hennequin. Zijn zoon Etienne verkrijgt een certificaat van poorterschap te Antwerpen, waarbij hij verklaart geboortig te zijn van Bergen en dat zijn vader, François Hennequin, is overleden. Hij staat vermeld als Steven Hennequin Franchoissone, zilversmid.

Dit bevestigt het eerdere vermoeden dat de Hennequins uit Bergen komen, in de provincie Henegouwen in het zuidwesten van België, en vervolgens naar Antwerpen zijn getrokken.

François Hennequin (ca. 1585)

Vluchtwegen van de vervolgde Hugenoten, waar de Hennequins ook toe behoorden. Vluchtelingen trokken naar Noord-Amerika en naar Zuid-Afrika, maar de meesten kwamen terecht in Engeland, Pruisen en Nederland. In Amsterdam verbleven zo’n 12000 gevluchte hugenoten. Later zijn er ook families naar Suriname vertrokken.

François Hennequin (later Hennekijn) is ca. 1585 geboren in Antwerpen, zoon van François Hennequin (ca. 1540). Hij huwt Anne Begin (Béguin) in 1610 te Antwerpen. Anne Begin is tussen 1583 en 1584 geboren in Doornik, dochter van Nicaise Beghin en Catherine Boutou. Hun eerste kind wordt in Antwerpen geboren, de rest in Amsterdam.

  1. François Hennekijn (1612, Antwerpen - 1693, Rotterdam), 1e maal gehuwd met Sara van Dordt, 2e maal met Hillegont Cornelis. Zijn komenijs- of kaaswinkel groeit uit tot een bedrijf dat overzee handelt in kaas.
  2. Paulus Hennekijn (ca. 1614 - 1672, Amsterdam), 1e maal gehuwd met Cornelia de Swart, 2e maal met Anna van Neck. Paulus is kunstschilder.
  3. Jan Hennekijn (1616 - 1670).
  4. Sara Hennekijn.

Anne Begin en haar man François Hennequin overlijden kort na elkaar in 1623. Ze worden begraven respectievelijk op 28 september en 10 oktober in de Franse kerk in Amsterdam.

Bestand:Waalse kerk.jpg
Het Walenpleintje met de nog bestaande Oude Waalse Kerk in Amsterdam, Oudezijds Achterburgwal. François Hennekijn moet verkroppen dat zijn eerste zoon Rooms wordt gedoopt in Antwerpen, maar doopt zijn andere kinderen gelukkig in deze protestante kerk. Deze, vroeger Franse kerk geheten, werd in 1586 ter beschikking gesteld aan de Waals Hervormde vluchtelingen, Franstalige protestanten uit de Zuidelijke Nederlanden en Frankrijk. Het was een van wel 15 Waalse kerken die alleen al in 1571-1590 in Nederland door protestantse vluchtelingen werden gevestigd. Prent ca. 1783.

François Hennekijn is zilversmid en koopman eerst in Antwerpen, later te Amsterdam. Op 30 Maart 1612 verklaart hij, zoon van François, koopman, onder ede, dat hij zich herinnert op 2 sept. 1607 van mevrouw de la Tramerie het verzoek gekregen te hebben een beker te laten vergulden, die aan haar nicht de Hornes toebehoorde; de te gebruiken hoeveelheid goud mocht hij naar believen vaststellen.

De familie neemt in 1612, ergens na juni, de wijk uit naar het Noorden, vermoedelijk om religieuze vervolging te ontwijken. Hun eerste kindje François is dan al geboren. In zijn Livre de tous ses enfants beklaagt hij zich erover dat zijn eerste zoon gedwongen Rooms is gedoopt. Na een verblijf bij een oom in Rotterdam strijkt het gezin neer in Amsterdam:

Mémoire que nous sommes party d'Anvers avec ma femme et mon petit fils (né le 15 Juin 1612 — baptisé le 25 du dit moy à mon très grand regret d'autant que je ne voulais pas qu'il fust esté baptisé à l'Eglise Romaine) ...
... pour venir demeurer en Hollande le 17 de Novembre l'an 1612 et sommes arrivé à Amsterdam le 21 du dit moy après avoir séjourné à Rotterdam après de mon frère Augustin de l'Orme.

Jan Hennekijn (1616)

Portret (detail) van Jan Hennekijn door Pieter van der Werff. Hij heeft kort donker haar, een snorretje en een sikje onderaan de onderlip. Hij draagt een donker gewaad en een platte kraag met kwastjes. De soberheid is kenmerkend voor de 'self made' rijke burgerij en contrasteert met de exuberante schilderijen van aristocraten. Het portret hing oorspronkelijk in het Oost-Indischhuis aan de Boompjes te Rotterdam. Gemeentelijk Historisch Museum te Rotterdam.

Jan Hennekijn, koopman, industrieel en reder van aanzien in Rotterdam, is geboren in 1616 en gedoopt als Jan Batista Hennekin. Hij komt ook voor met voornamen Johan of Jean en achternamen Hennequin of Hennekin. Hij is de zoon van François Hennequin (ca. 1585) en Anne Begin.

Zijn eerste vrouw

Jan Hennekijn huwt voor de eerste maal in 1640 met Catharina Graswinckel te Delft. Catharina/Catelijna is geboren in Delft (1616), maar afkomstig uit Maasland, wonend aan de Koornmarkt te Delft. Ze is de dochter van Engelbert Graswinckel, advocaat voor het Hof van Holland, brouwer, schout van Overschie, en Margaretha van Hoogenhouck.

Catharina is vermoedelijk in of kort na het kraambed gestorven na het baren van haar laatste zoon Catharinus in 1647. Hun kinderen zijn in Rotterdam geboren;

  1. François Hennekijn (1640 - 1684, Lissabon)
  2. Engelhart Hennekijn (1641 - 1692, Rotterdam). Hij huwt Elsje van der Wel
  3. Anna Maria Hennekijn (1642). Ze huwt Christiaen Meschman uit Hamburg) in 1676
  4. Jan (de Jonge) Hennekijn (1645 - vóór 1705). Hij huwt Rachel Boeckenrodt van Creeffelt in 1669
  5. Catharinus Hennekijn (1647). Hij huwt Margaretha Passomier in 1677.
Cartouche van het portret van Jan Hennekijn elders op deze pagina afgebeeld.

Zijn tweede vrouw

Jan Hennekijn hertrouwt Catharina van der Graeff in 1648 te Rotterdam. Catharina is dochter van Hendrick Willemszn. van der Graeff en Anna van Neercassel. Hendrick van der Graeff is koopman in meekrap en kapitein der burgerij te Rotterdam. Haar moeder Anna van Neercassel is dochter van Wouter van Neercassel, raad en burgemeester van Gorinchem. gecommitteerde ter Rekenkamer van Holland, en Maria van der Verwen.

Van de 11 kinderen van Jan en Catharina halen zeven de volwassenheid niet; ze sterven respectievelijk op de leeftijden; Catharina (bijna elf jaar), Françoise (bijna een jaar), Maria (half jaar; een later kind krijgt dezelfde naam), Wilhelmus (half jaar), Augustinus (twee jaar), een naamloze dochter (paar dagen na de geboorte), en Elisabeth (acht jaar). De 4 kinderen die wel overleven:

  1. Anna Hennekijn (1649). Ze huwt Pieter Snellen in 1668.
  2. Hendrik Hennekijn (1651 - 1687). Zijn tweelingzusje Françoise overlijdt bijna een jaar oud.
  3. Wouterus (later Gualtherus) Hennekijn (1653 - 1738). Tweemaal gehuwd: 1e x Geertruid Graswinckel, 2e x Ewouda Verschuer
  4. Maria Hennekijn (1657 - 1723). Zij huwt in 1677 Dirk van der Hoeven (1649).

Koopman met een toornich gemoed

AFMAKEN

Jan Hennekijn is koopman en industrieel van groot aanzien in Rotterdam. Hij is reder en bewindhebber der Oost-Indische Compagnie. Zijn uitgebreide handelszaken reiken tot in Spaans-Indië en verre Barbarije. Hij is een gedreven baas met een toornich gemoet; als het lossen van een schip hem niet vlug genoeg gaat jaagt hij zijn werkvolk van boord.

Hij behoort tot de rijkste Rotterdammers van zijn tijd. Hij laat bij zijn overlijden in 1670 een getaxeerd vermogen van 80.000,- gulden na aan zijn kinderen en zijn tweede echtgenote Catharina van der Graeff.

Van huis uit remonstrant, was Hennekijn tot de Staatskerk overgegaan.

voerde een jarenlang proces tegen zijn zoon Engelbert tegen het huwelijk wat deze wenste aan te gaan met Elske van der Wel,

Broer François de kaashandelaar

Oorspronkelijk houdt François Hennekijn een komenijs- en kaaswinkel, waarvoor hij in 1648 met zijn zuster Sara ƒ 6000.— leent van zijn broer Jan Hennekijn. In een komenijswinkel, werden allerhande kruidenierswaren verkocht. Het woord raakt begin 20e eeuw in onbruik. In 1650 koopt François zijn zuster uit en schijnt op latere leeftijd een gezeten koopman te worden, die ook overzee handel in kaas drijft. De komenijszaak is vermoedelijk een bescheiden start geweest voor zijn omvangrijke handel, ook gezien de betrokken grote som geld voor die tijd (ƒ 6000,-).

Broer Paulus de kunstschilder

Kersbergen vermeldt in zijn artikel Een Liefde Aan De Leuvehaven van Dr. A. C. in het Rotterdams Jaarboekje Reeks 04, Jaargang 07, 1939 het volgende over Paulus Hennekijn (ook Paul Hennekin genoemd), de tweede zoon van Francois Hennequin:

(...) Frangois Hennekijn en zijn vrouw hadden zich daarop in Amsterdam gevestigd. Nu waren beiden dood. Eén van de jongens, Paul, bleef in Amsterdam achter onder hoede van zijn voogd Abraham de Goyer. Hij zou schilder worden.
(...) Maar de Amsterdamsche schilder Paul was het zwarte schaap. De verwanten hadden zich reeds over zijn kind ontfermd [RED: David], omdat zij vreesden, dat daar ook niets van terecht zou komen, wanneer het niet aan den invloed van den lichtzinnigen, schulden makenden vader [RED: Paulus], onttrokken werd.

Als Paulus Hennekijn , 25 jaar oud, zich verlooft met Cornelia de Swart, 4 december 1636, wordt hij bijgestaan ​​door zijn voogd Abraham de Goyer.

De schilders Paulus en Rembrandt kennen elkaar; van hen is een gezamenlijk afgelegde juridische verklaring bekend (dispositie). Paulus brengt zijn voogd Abraham de Goyer in contact met Rembrandt, hetgeen hem lucratieve opdrachten oplevert. In een betoog over het klantennetwerk van Rembrandt blijkt dat hij via Abraham de Goyer, actief in zowel de tulpen- als de kunsthandel toegang krijgt tot koopkrachtige opdrachtgevers.

Als tulpenkweker en -handelaar is Abraham de Goyer betrokken bij de zogenaamde tulpenmanie uit 1637. Deze grootscheepse speculatie in tulpenbollen wordt door economen gezien als de eerste beschreven bubbel (speculatiegolf) in de wereldgeschiedenis. Abraham de Goyer was een van de ca. 40 mensen die actief waren met het zaaien van nieuwe soorten tulpen, waaronder de vermaledijde Viceroy, die tussen de 3.000 en 4.200 gulden opbracht voordat de prijzen abrupt kelderden. Vergelijk: een ervaren vakman verdiende in die tijd ca. 300 gulden per jaar. Hoewel Abraham een gedupeerde is van de tulpenmanie, blijkt het achteraf mee te vallen, volgens de website Ons amsterdam:

In Amsterdam konden de liefhebbers bollen planten in de grote nieuwe tuinen achter de grachtenpanden of buiten de stadsmuren. Tulpenfanaticus Abraham de Goyer kocht zelfs een reeks gronden op om er een 'tuinenrijk' van te maken. De Goyer en andere ‘bloemisten’ verzamelden dikwijls ook kunst, schelpen of rariteiten.
De tulpencrash werd ingeluid door prijsstijgingen in 1636. Goldgar vermoedt dat de pestepidemie van het jaar ervoor hierop van invloed was. Nabestaanden hadden veel geld beschikbaar uit erfenissen van overleden pestslachtoffers. Begin 1637 daalden de prijzen plotseling sterk en wilde iedereen van zijn bollen af. Op een bloemistenbijeenkomst in Amsterdam op 23 februari werd vergeefs geprobeerd zelf het tij te keren.
Uiteindelijk moest de overheid ingrijpen om kopers en verkopers te verzoenen. Toch was de crash niet zo grootschalig en rampzalig als in de handboeken wordt voorgesteld, meent Goldgar. Voor veel bloemisten was de financiële schade te overzien. Zo bleek uit zijn nalatenschap dat Abraham de Goyer in goede doen was gebleven. Ook had hij zijn interesse in tulpenbollen na 1637 allerminst verloren.

Zoon Gualtherus de burgemeester

AFMAKEN

Bronnen

Bronnen met nuttige informatie over de Hennekijns waaruit geput is:

Persoonlijke instellingen
Naamruimten
Varianten
Handelingen
Navigatie
Hulpmiddelen