Altena, Familie
. |
> > > UNDER CONSTRUCTION < < < |
. |
Afstamming: hoe de families in elkaar oplossen naar boven toe | |
Ekker | |
Altena | |
Weeling | Seemsmaker |
Deze pagina beschrijft de voorouders van Frederika Altena (1796), dochter van Egbert Altena (1756). Zij is voorouder van Elizabeth Frederika (Bob) Ekker. Door haar huwelijk met Evert Ekker (1793) verdwijnt de achternaam Altena bij haar verdere nakomelingen.
Inhoud |
Geen Land van Altena
De Altena's hebben voor zover bekend geen relatie met het Noord-Brabantse adellijk geslacht Altena dat al in de 13e eeuw uitstierf. De heerlijkheid Altena, verbonden aan dit geslacht, leeft nog voort in het Land van Altena, een historische landstreek in het noorden van Noord-Brabant onder Gorinchem, tussen de twee grote rivieren (Noord en Zuid) en de Biesbosch ten Westen. Het wordt vaak met het nabijgelegen Heusden in een adem genoemd als het Land van Heusden en Altena.
Er is ook echter een streek rechts van Dusseldorf onder Dortmund AANVULLEN
Fijke Rombartus Altena (rond 1686)
Fijke Rombartus Altena is geboren rond 1686 in Goor in de provincie Overijssel, tegenwoordig behorend tot de gemeente Hof van Twente.
Hij huwt Henrica Seemsmaker, geboren in 1690 in Goor. Zij is de dochter van Egbert Seemsmaker (vóór 1666) en Catharijna (Trijnken) Caupers (Cuiper). De kinderen van Fijke Rombartus Altena en Henrica Seemsmaker zijn allen in Goor geboren:
|
Fijke Rombartus Altena moet ergens vóór 1728 overleden zijn, in welk jaar zijn vrouw als weduwe wordt genoemd. Hij is minder dan rond 42 jaren oud geworden. Zijn vrouw overlijdt na 1758 op een leeftijd van meer dan 67 jaren.
Volgens het Twentebestand is Fijke Rombartus Altena in 1733 collecteur; een belastingontvanger of iemand die verantwoordelijk was voor de inning van vorderingen en belastingen. Er zijn enkele acten bewaard gebleven in het Rechterlijk archief der stad Goor (processen, 1547 - 1810). Het gaat om transportacten (verkoop van onroerend goed) en een hypotheekacte:
|
Jan Hendrik Altena (1718)
Jan Hendrik Altena is geboren in 1718 in Goor, zoon van Fijke Rombartus Altena (rond 1686). Hij huwt Hendrika Everhart tussen 1750 en 1756, dochter van Jan Hindrik Everhart (Eberhard), geboren 1688 in Simmershausen, en Helena Berends, geboren rond 1705 in Ootmarsum. Jan Hendrik Altena en Hendrika Everhart huwen in 1724 in Denekamp en krijgen de volgende kinderen;
|
Schoonvader Jan Henric de domestique
Jan Hindrik Everhart (Eberhard), de vader van Hendrik Altena's vrouw Hendrika Everhart, wordt genoemd als domestique (huishoudelijk personeel) in de Volkstelling Stad en Gerigt Ootmarsum van 1748. Als Jan Henric Eberhard dient hij mevrouw de douairière (weduwe van adel) Sloet tot Singraven, ook de Heere Mevrouw van Singraven genoemd. Haar personeel bestaat uit negen domestiques of knegts of meiden die inwonen in haar huis.
Vermoedelijk is Hendrika Everhart zijn zesde kind. De "Geschiedenis van een Twentsche Havezathe Singraven" vermeldt dat Jan Henric Eberhard eerder al vier kinderen liet dopen in Denekamp, maar niet dat er in 1724 in Ootmarsum al een dochter was geboren.
Het landgoed Singraven waar Jan Henric Eberhard bediende is, ligt nabij Denekamp in de gemeente Dinkelland. Eerste bewoners van Singraven (letterlijk de grote gracht) zijn tot de 16e eeuw de Oldenzaalse Begijnen en de graven van Bentheim. Het in de tachtigjarige oorlog danig in verval geraakte huis wordt in 1651 volledig gesloopt en herbouwd door Gerhard Sloet tot den Oldenhof, destijds landrentmeester van Twente. Ondanks financiële problemen wisten de Sloets landgoed Singraven ruim twee eeuwen in bezit te houden.
Egbert Altena (1756)
Egbert Altena is geboren in 1756 in Oldenzaal, zoon van Jan Hendrik Altena (1718). Hij huwt Catharina Weeling in 1785 in Oldenzaal. Zij is geboren in 1749 in Amsterdam, dochter van Jan Weeling (1727) en Agneta Stork (zie ook de familie Weeling). Catharina Weeling huwt tevens Anthoni Frederik Mörser.
Kinderen van Egbert Altena en Catharina Weeling:
|
Frederika Altena overlijdt in 1814 in Oldenzaal op een leeftijd van 57 jaren.