Beroepen en ambachten

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 11: Regel 11:
  
 
Deze bundel etsen van ambachten stamt uit 1694. Er volgen daarna diverse uitgaven; de prenten op deze pagina komen vooral uit  de fotomechanische herdruk uit 1767.
 
Deze bundel etsen van ambachten stamt uit 1694. Er volgen daarna diverse uitgaven; de prenten op deze pagina komen vooral uit  de fotomechanische herdruk uit 1767.
 
  
 
{| class="wikitable"
 
{| class="wikitable"
Regel 24: Regel 23:
 
|
 
|
 
   
 
   
De Suikerbacker.
+
: De Suikerbacker.
 
+
: In Christi Bloed, Lach God'lyk Soet  
In Christi Bloed, Lach God'lyk Soet  
+
: Die 't wrange Zuur wil overwinnen  
 
+
: Moet met geen Aquafort beginnen,  
Die 't wrange Zuur wil overwinnen  
+
: Maar Suiker is het rechte Swaard:
 
+
: ô God! hoe hebd ghy't Suure Leeven,  
Moet met geen Aquafort beginnen,
+
+
Maar Suiker is het rechte Swaard
+
 
+
ô God! hoe hebd ghy't Suure Leeven,  
+
 
+
 
|[[File:suikerbakker - Version 2.jpg|225px|Prent over het ambacht van suikerbakker uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|[[File:suikerbakker - Version 2.jpg|225px|Prent over het ambacht van suikerbakker uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|- style="vertical-align:top;"
 
|- style="vertical-align:top;"
Regel 75: Regel 68:
 
|
 
|
 
   
 
   
De Grutter.  
+
: De Grutter.  
Dat binnen sit, Is't rechte Pit.  
+
: Dat binnen sit, Is't rechte Pit.  
Het Saad Van't buitendeel ontbloot,  
+
: Het Saad Van't buitendeel ontbloot,  
Word eerst te recht tot eetbaar Brood
+
: Word eerst te recht tot eetbaar Brood:
Soo steekt de Kern Van't mens'lyk leeven,  
+
: Soo steekt de Kern Van't mens'lyk leeven,  
In d'Aardse Bast Van Vlees en Bloed,  
+
: In d'Aardse Bast Van Vlees en Bloed,  
Waar uit Zy heer'lyck Word ontheeven,  
+
: Waar uit Zy heer'lyck Word ontheeven,  
 
|[[File:grutter v2.jpg|225px|Pieter Antheunissen, overgrootvader van Pieter Breekpot is  grutter en lid van het gilde der boekweitmeelmakers. ]]
 
|[[File:grutter v2.jpg|225px|Pieter Antheunissen, overgrootvader van Pieter Breekpot is  grutter en lid van het gilde der boekweitmeelmakers. ]]
 
|- style="vertical-align:top;"
 
|- style="vertical-align:top;"
Regel 88: Regel 81:
 
|
 
|
 
   
 
   
De Hovenier.  
+
: De Hovenier.  
De rechte Gaarde, Is niet op aarde.  
+
: De rechte Gaarde, Is niet op aarde.  
Het Hof is van de Mens bemind,  
+
: Het Hof is van de Mens bemind,  
Die daar syn lust en uitvlucht vind;  
+
: Die daar syn lust en uitvlucht vind;  
Doch in het fleurtie moet hy scheiden
+
: Doch in het fleurtie moet hy scheiden:
Hy is dan welbedacht en wys,  
+
: Hy is dan welbedacht en wys,  
Die saaid en plandt in't Paradys,  
+
: Die saaid en plandt in't Paradys,  
Daar't leeven eeuwich sal vermyden  
+
: Daar't leeven eeuwich sal vermyden  
 
|[[File:hovenier - Version 2.jpg|225px|Maria van Nus' voorouders waren hoveniers. Prent uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|[[File:hovenier - Version 2.jpg|225px|Maria van Nus' voorouders waren hoveniers. Prent uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|- style="vertical-align:top;"
 
|- style="vertical-align:top;"
Regel 101: Regel 94:
 
* [[Swertz,_Familie#Franciscus_Adrianus_Swertz_.281763.29|'''Franciscus Adrianus Swertz''']] (1763), Well, Goes en Haarlem.|
 
* [[Swertz,_Familie#Franciscus_Adrianus_Swertz_.281763.29|'''Franciscus Adrianus Swertz''']] (1763), Well, Goes en Haarlem.|
 
   
 
   
De Koopman.  
+
: De Koopman.  
Sied veer, en wroet, Om Eeuwich Goed.  
+
: Sied veer, en wroet, Om Eeuwich Goed.  
De koopman schiet zyn Peneghen uit,  
+
: De koopman schiet zyn Peneghen uit,  
En waagd zyn Goed, ui't Oog en Handen,  
+
: En waagd zyn Goed, ui't Oog en Handen,  
Op hoop van winst, naa zyn besluit;  
+
: Op hoop van winst, naa zyn besluit;  
Soo doen oock de Eedele Verstanden,  
+
: Soo doen oock de Eedele Verstanden,  
Die schieten 't weesen deeser Tyd,  
+
: Die schieten 't weesen deeser Tyd,  
Om't groote Goed der Eeuwigheid.  
+
: Om't groote Goed der Eeuwigheid.  
 
|"[[File:koopman - Version 2.jpg|225px]]
 
|"[[File:koopman - Version 2.jpg|225px]]
 
|- style="vertical-align:top;"
 
|- style="vertical-align:top;"
Regel 127: Regel 120:
 
|
 
|
  
De Moolenaar.  
+
: De Moolenaar.  
Den Heemel geeft, Wie vangd die heeft.  
+
: Den Heemel geeft, Wie vangd die heeft.  
Staat imands Moolen wel gedraaid  
+
: Staat imands Moolen wel gedraaid  
Zijn wicken worden wel bewaaid,  
+
: Zijn wicken worden wel bewaaid,  
En't werck van nooddr.ft word bedreeven  
+
: En't werck van nooddr.ft word bedreeven  
Wie deddt'er aan Genaade mis,  
+
: Wie deddt'er aan Genaade mis,  
Die toe gekeerd van herten is,  
+
: Die toe gekeerd van herten is,  
Naa't Ee.wig onopho.d'lick Geeven.  
+
: Naa't Ee.wig onopho.d'lick Geeven.  
 
|[[File:molenaar - Version 2.jpg|225px]]
 
|[[File:molenaar - Version 2.jpg|225px]]
 
|- style="vertical-align:top;"
 
|- style="vertical-align:top;"
Regel 176: Regel 169:
 
|
 
|
 
   
 
   
De Tinnegieter.  
+
: De Tinnegieter.  
Soeckt in u selfs den Schat, Van't aller schoonste Vat.  
+
: Soeckt in u selfs den Schat, Van't aller schoonste Vat.  
Den aardsen berg, van vlees en bloed,  
+
: Den aardsen berg, van vlees en bloed,  
Heeft schoone glans in zyn gemoed,  
+
: Heeft schoone glans in zyn gemoed,  
In dien de Mens daar naa wou Mynen;  
+
: In dien de Mens daar naa wou Mynen;  
Gelyk hy anders is gesint  
+
: Gelyk hy anders is gesint  
En blinckende Metaalen vindt,  
+
: En blinckende Metaalen vindt,  
Die uit de Nacht, in't Licht verschynen.  
+
: Die uit de Nacht, in't Licht verschynen.  
 
|[[File:tinnegieter luyken v6.jpg|225px|Joost Jansz. van Lodensteyn is tinnegieter, hier afgebeeld. Prent uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|[[File:tinnegieter luyken v6.jpg|225px|Joost Jansz. van Lodensteyn is tinnegieter, hier afgebeeld. Prent uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|- style="vertical-align:top;"
 
|- style="vertical-align:top;"
Regel 196: Regel 189:
 
|
 
|
 
   
 
   
De Seilemaaker.  
+
: De Seilemaaker.  
De vlugge wind, Vat, daar hei't vind.  
+
: De vlugge wind, Vat, daar hei't vind.  
Het Seil aan ree en mast gespannen  
+
: Het Seil aan ree en mast gespannen  
Gaad over Zee met Schip en Mannen
+
: Gaad over Zee met Schip en Mannen:
ôMens, span uit, span uit het Seijl,  
+
: ôMens, span uit, span uit het Seijl,  
Van hart'lijk Willen en begeeren,  
+
: Van hart'lijk Willen en begeeren,  
Soo voerd den heil'gen geest des Heeren  
+
: Soo voerd den heil'gen geest des Heeren  
U naa de Goudkust, aller heÿl.  
+
: U naa de Goudkust, aller heÿl.  
 
|[[File:zeilmaker - Version 2.jpg|225px|Jan Jansz. van Lodensteyn is zeilmaker. De prent uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken verbeeldt een zeilmakerswerkplaats (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|[[File:zeilmaker - Version 2.jpg|225px|Jan Jansz. van Lodensteyn is zeilmaker. De prent uit [http://www.dbnl.org/titels/titel.php?id=luyk001mens01 Spiegel van 't menschelyk bedryf] van Jan en Caspar Luyken verbeeldt een zeilmakerswerkplaats (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).]]
 
|}
 
|}

Versie van 3 feb 2017 om 10:46

Jan Luyken was een geniale etser met honderden etsen en gravures op zijn naam. Hier een verbeelding van de 10 Bijbelse plagen die Egypte troffen.
UNDER CONSTRUCTION

Inderdaad: flarden tekst en ontbrekende passages. Er wordt aan gewerkt. Keer terug naar de Hoofdpagina en kom later graag eens terug!

Op deze pagina wordt aangegeven welke beroepen en ambachten onze directe voorouders beoefenden met hier en daar wat uitleg.

De meerderheid van de prenten naast de beroepen komt uit De Spiegel van 't menschelyk bedryf van Jan Luyken en zijn zoon Caspar.

Deze bundel etsen van ambachten stamt uit 1694. Er volgen daarna diverse uitgaven; de prenten op deze pagina komen vooral uit de fotomechanische herdruk uit 1767.

Beroep of ambacht, wie, waar Toelichting/Tekst bij de prent van Luyken Afbeelding

Bakker/Suikerbakker

De Suikerbacker.
In Christi Bloed, Lach God'lyk Soet
Die 't wrange Zuur wil overwinnen
Moet met geen Aquafort beginnen,
Maar Suiker is het rechte Swaard:
ô God! hoe hebd ghy't Suure Leeven,
Prent over het ambacht van suikerbakker uit Spiegel van 't menschelyk bedryf van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).
Bootsgesel
  • xxx, xxx

Bootsgesel - Version 3.jpg

Dokter
  • xxx, xxx

xxx

Docter luyken - Version 2.jpg
Droogscheerder

Een droogscheerder of lakenbereider is iemand die lakens afwerkte en de stof kamde om harige wolvezeltjes eruit te halen. In de gouden Eeuw een belangrijk beroep met een sterk gilde.

Droogscheerders.jpg
Glazenmaker
  • xxx, xxx

xxx

Glazenmaker.jpg
Goudsmid
  • xxx, xxx

xxx

Goudsmid - Version 2.jpg
Grutter
  • Pieter Antheunissen, overgrootvader van Pieter Breekpot (ca. 1680), is grutter en lid van het gilde der boekweitmeelmakers.
De Grutter.
Dat binnen sit, Is't rechte Pit.
Het Saad Van't buitendeel ontbloot,
Word eerst te recht tot eetbaar Brood:
Soo steekt de Kern Van't mens'lyk leeven,
In d'Aardse Bast Van Vlees en Bloed,
Waar uit Zy heer'lyck Word ontheeven,
Pieter Antheunissen, overgrootvader van Pieter Breekpot is  grutter en lid van het gilde der boekweitmeelmakers.
Hovenier
De Hovenier.
De rechte Gaarde, Is niet op aarde.
Het Hof is van de Mens bemind,
Die daar syn lust en uitvlucht vind;
Doch in het fleurtie moet hy scheiden:
Hy is dan welbedacht en wys,
Die saaid en plandt in't Paradys,
Daar't leeven eeuwich sal vermyden
Maria van Nus' voorouders waren hoveniers. Prent uit Spiegel van 't menschelyk bedryf van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).
Koopman
De Koopman.
Sied veer, en wroet, Om Eeuwich Goed.
De koopman schiet zyn Peneghen uit,
En waagd zyn Goed, ui't Oog en Handen,
Op hoop van winst, naa zyn besluit;
Soo doen oock de Eedele Verstanden,
Die schieten 't weesen deeser Tyd,
Om't groote Goed der Eeuwigheid.
"Koopman - Version 2.jpg
Landman of Boer
  • xxx, xxx

xxx

Landtman of Boer - Version 2.jpg
Leertouwer

Prent; te zien is hoe een leertouwer op de voorgrond het leer gladschaaft terwijl zijn maatje links het leer soepel trapt.

David Breekpot is leertouwer.  uit Spiegel van 't menschelyk bedryf van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).
Molenaar
  • Zowat alle Rijshouwers AANVULLEN
De Moolenaar.
Den Heemel geeft, Wie vangd die heeft.
Staat imands Moolen wel gedraaid
Zijn wicken worden wel bewaaid,
En't werck van nooddr.ft word bedreeven
Wie deddt'er aan Genaade mis,
Die toe gekeerd van herten is,
Naa't Ee.wig onopho.d'lick Geeven.
Molenaar - Version 2.jpg
Munter
  • xxx, xxx

xxx

Munter - Version 2.jpg
Schoenmaker
  • xxx, xxx

xxx

Schoenmaker - Version 2.jpg
Schoolmeester
  • xxx, xxx

xxx

Schoolmeester - Version 2.jpg
Schrijnwerker
  • xxx, xxx

xxx

Schrijnwerker - Version 2.jpg
Schipper
  • xxx, xxx

xxx

Schipper - Version 2.jpg
Tinnegieter
De Tinnegieter.
Soeckt in u selfs den Schat, Van't aller schoonste Vat.
Den aardsen berg, van vlees en bloed,
Heeft schoone glans in zyn gemoed,
In dien de Mens daar naa wou Mynen;
Gelyk hy anders is gesint
En blinckende Metaalen vindt,
Die uit de Nacht, in't Licht verschynen.
Joost Jansz. van Lodensteyn is tinnegieter, hier afgebeeld. Prent uit Spiegel van 't menschelyk bedryf van Jan en Caspar Luyken, (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).
Waarsman

De waarsman (ook waardsman genoemd) is een soort 'secretaris-penningmeester en hoofd technische dienst' van wat tegenwoordig een waterschap zou worden genoemd.

Zeilmaker
De Seilemaaker.
De vlugge wind, Vat, daar hei't vind.
Het Seil aan ree en mast gespannen
Gaad over Zee met Schip en Mannen:
ôMens, span uit, span uit het Seijl,
Van hart'lijk Willen en begeeren,
Soo voerd den heil'gen geest des Heeren
U naa de Goudkust, aller heÿl.
Jan Jansz. van Lodensteyn is zeilmaker. De prent uit Spiegel van 't menschelyk bedryf van Jan en Caspar Luyken verbeeldt een zeilmakerswerkplaats (fotomechanische herdruk van uitgave 1767).
Persoonlijke instellingen
Naamruimten
Varianten
Handelingen
Navigatie
Hulpmiddelen